Naam: |
Zwarte Klapborstschildpad |
Grootte: |
Maximaal
35 centimeter |
Verspreidingsgebied: |
West
Afrika; Kongo, Gabon, Zambia, Angola en het Midden-west Afrika |
Leefomgeving: |
Ondiepe
wateren |
Gedrag:
|
Overdag
actief |
Eten: |
Vis,
vlees en af en toe iets plantaardigs |
Winterslaap: |
Nee |
Kenmerken: |
Het
enigzins gewelfde rugpantser is bruin tot zwartbruin. Het buikpantser
is zwart, met (soms) een lichter middendeel. Het dwarsscharnier op
het buikpantser is rechtlijnig. De kop is licht en donker gemarkerd.
Deze ondersoort onderscheidt zich oa. door de zeer grote 1e marginalen
en de puntige snuit met grove vlekken op de kop. |
Temperatuur: |
Tussen
24 en 30 graden. |
Bijzonderheden:
|
Ze
zijn erg rustig in gedrag en karakter. Het
zijn dieren die niet veel zwemmen maar wat meer over de bodem heen
scharrelen. Wel hebben ze behoefte om een plekje te hebben waar ze
onder een stuk hout of iets dergelijks kunen drijven. |